Nederlandse koopkracht groeit minimaal door stijging consumentenprijzen

De Nederlandse koopkracht is in 2018 nauwelijks gegroeid. Dit heeft het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vastgesteld. De gemiddelde Nederlander is er ten opzichte van vorig jaar slechts 0,3 procent in koopkracht op vooruit gegaan. De groei van de Nederlandse koopkracht is sinds het einde van de economische crisis in 2013 niet meer zo laag geweest.

Koopkracht

De groei in koopkracht geldt niet voor de gehele bevolking. Zo profiteerden werknemers vaker van een groei in koopkracht dan gepensioneerden of mensen met een uitkering. Werknemers hadden gemiddeld een koopkrachtstijging van 1,8 procent, terwijl gepensioneerden een koopkrachtdaling van 0,5 procent kenden.

Btw-verhoging

Hoewel de economie groeit en de arbeidsmarkt als gunstig wordt gezien, plukt de Nederlandse bevolking weinig vruchten ervan. Dit komt voornamelijk doordat de consumentenprijzen harder stijgen dan de cao-lonen. Consumentengoederen zoals benzine, huur, kleding en dagelijkse boodschappen waren in 2019 gemiddeld 2,8% duurder dan een jaar eerder. Met name voedingsmiddelen zijn duurder geworden, zo betaalde de consument in maart gemiddeld 3,8 procent meer dan het jaar daarvoor. Dit heeft veel te maken met de btw-verhoging van eerder dit jaar. Op 1 januari 2019 ging het lage btw-tarief namelijk van 6 naar 9 procent. De prijsstijgingen zorgen ervoor dat consumenten minder kunnen kopen dan een jaar eerder. Zo bedroeg de inflatie in het eerste kwartaal van 2019 2,5 procent terwijl de lonen met 2,2 procent stijgen.

Positief toekomstperspectief

De Nederlandsche Bank (DNB) voorspelt dat werkenden de komende jaren wel gaan profiteren van de goed draaiende economie. Volgens een studie van DNB zullen de lonen volgend jaar met 3,7 procent groeien en in 2021 zelfs met 3,8 procent. De loongroei komt daarmee flink hoger uit dan de verwachte inflatie. Hierdoor zal de koopkracht van mensen met een baan naar verwachting flink toenemen.

Foto: Bigstock